Polio

 Geplaatst op 15 november 2022 

>> DE ZIEKTE


Polio of kinderverlamming is een aandoening veroorzaakt door een virus. Er wordt gevaccineerd tegen 3 van de vele subtypes. Besmetting gebeurt langs de mond, meestal via besmet drinkwater. Gedurende de eerste maand na besmetting wordt het virus langs de stoelgang uitgescheiden. Via de darmen bereikt het tenslotte de bloedbaan. Van daaruit kan het, in 0,1 % à 1 % van de besmette patiënten, het ruggenmerg aantasten en aanleiding geven tot verlammingsverschijnselen of ademhalingsproblemen.


Besmetting geeft een levenslange immuniteit tegen dat bepaald virus, en een gedeeltelijke bescherming tegen de andere types. Vaak gaat de besmetting onopgemerkt voorbij, vaker nog bij kinderen dan bij volwassenen. Ook hier geldt dus dat het doormaken van de aandoening gevaarlijker is op volwassen leeftijd dan als kind. 


De ziekte is in Europa onbestaande geworden. Zowel in gevaccineerde als in niet-gevaccineerde landen daalt het aantal snel. In gans Europa kwam er sinds 2001 geen enkel geval van polio voor. Enkel Afrika (Nigeria) en Azië (Pakistan, Afghanistan) kennen nog polio.


Er bestaan twee vaccins tegen polio: het levende Sabin-vaccin en het dode Salk-vaccin. Sinds 2000 wordt opnieuw het Salk-vaccin gebruikt. Dit bevat dode virussen. Het wordt ingespoten en is niet besmettelijk.


Beide vaccins werden gekweekt op een cultuur van cellen afkomstig van apennieren. Men weet dat dergelijke cellen vaak ook andere virussen herbergen, zoals het SV40 dat aanleiding kan geven tot kankergezwellen, of het STLV3AGM-virus dat verwant is aan het AIDS-virus.


Tenminste eenmaal werd een hoeveelheid van het Salk-vaccin op de markt gebracht waarvan de virussen niet dood waren, en het vaccin dus polio veroorzaakte (Cutter-incident).  


Eenmalige toediening van het vaccin blijkt geen voldoende weerstand op te roepen tegen de drie types van het virus: daarom wordt de inenting nog tweemaal herhaald. En zelfs dan staat een levenslange immuniteit niet met zekerheid vast, zodat men geneigd is later nog herhalingsinentingen te geven.


In België is polio de enige wettelijk verplichte inenting. Men moet voor 18 maanden 3 dosissen ontvangen hebben. Dit betekent dat men binnen de wettelijke tijdsgrenzen blijft wanneer men de vaccinatie start op 10 maanden. De tweede dosis volgt na 2 maanden, de derde nog een half jaar later. De herhaling die meestal op zes jaar gegeven wordt is niet verplicht. Wie immuun is kan wel nog besmet worden met het virus, en kan dit eveneens via de stoelgang verder verspreiden. Wanneer het virus echter in de bloedbaan terecht komt, zal het door de antistoffen onschadelijk gemaakt worden voor het het zenuwstelsel bereikt, en daar de gevreesde verlamming kan veroorzaken.

 Laatste update 2017 

>> DE ZIEKTE


Polio of kinderverlamming is een aandoening veroorzaakt door een virus. Er wordt gevaccineerd tegen 3 van de vele subtypes. Besmetting gebeurt langs de mond, meestal via besmet drinkwater. Gedurende de eerste maand na besmetting wordt het virus langs de stoelgang uitgescheiden. Via de darmen bereikt het tenslotte de bloedbaan. Van daaruit kan het, in 0,1 % à 1 % van de besmette patiënten, het ruggenmerg aantasten en aanleiding geven tot verlammingsverschijnselen of ademhalingsproblemen.


Besmetting geeft een levenslange immuniteit tegen dat bepaald virus, en een gedeeltelijke bescherming tegen de andere types. Vaak gaat de besmetting onopgemerkt voorbij, vaker nog bij kinderen dan bij volwassenen. Ook hier geldt dus dat het doormaken van de aandoening gevaarlijker is op volwassen leeftijd dan als kind. 


De ziekte is in Europa onbestaande geworden. Zowel in gevaccineerde als in niet-gevaccineerde landen daalt het aantal snel. In gans Europa kwam er sinds 2001 geen enkel geval van polio voor. Enkel Afrika (Nigeria) en Azië (Pakistan, Afghanistan) kennen nog polio.


Er bestaan twee vaccins tegen polio: het levende Sabin-vaccin en het dode Salk-vaccin. Sinds 2000 wordt opnieuw het Salk-vaccin gebruikt. Dit bevat dode virussen. Het wordt ingespoten en is niet besmettelijk.


Beide vaccins werden gekweekt op een cultuur van cellen afkomstig van apennieren. Men weet dat dergelijke cellen vaak ook andere virussen herbergen, zoals het SV40 dat aanleiding kan geven tot kankergezwellen, of het STLV3AGM-virus dat verwant is aan het AIDS-virus.


Tenminste eenmaal werd een hoeveelheid van het Salk-vaccin op de markt gebracht waarvan de virussen niet dood waren, en het vaccin dus polio veroorzaakte (Cutter-incident).  


Eenmalige toediening van het vaccin blijkt geen voldoende weerstand op te roepen tegen de drie types van het virus: daarom wordt de inenting nog tweemaal herhaald. En zelfs dan staat een levenslange immuniteit niet met zekerheid vast, zodat men geneigd is later nog herhalingsinentingen te geven.


In België is polio de enige wettelijk verplichte inenting. Men moet voor 18 maanden 3 dosissen ontvangen hebben. Dit betekent dat men binnen de wettelijke tijdsgrenzen blijft wanneer men de vaccinatie start op 10 maanden. De tweede dosis volgt na 2 maanden, de derde nog een half jaar later. De herhaling die meestal op zes jaar gegeven wordt is niet verplicht. Wie immuun is kan wel nog besmet worden met het virus, en kan dit eveneens via de stoelgang verder verspreiden. Wanneer het virus echter in de bloedbaan terecht komt, zal het door de antistoffen onschadelijk gemaakt worden voor het het zenuwstelsel bereikt, en daar de gevreesde verlamming kan veroorzaken.

>> EFFICIËNTIE


Het poliovaccin heeft algemeen de reputatie zeer efficiënt te zijn. Statistisch blijkt inderdaad dat de invoering van het orale vaccin wel degelijk invloed gehad heeft op het verdwijnen van de ziekte. Men neemt zonder meer aan dat wie gevaccineerd is ook met zekerheid beschermd is. Sommige feiten tonen echter aan dat dit niet zo vanzelfsprekend is. Bij een epidemie in Israël in 1958 waren er bij de slachtoffers praktisch evenveel gevaccineerden als niet-gevaccineerden. Ook in Detroit, VS, waren er veel gevaccineerde kinderen onder de slachtoffers. In 1959 stelde men in de VS vast dat, na vier jaar inentingscampagnes, het aantal gevallen van polio plots verdubbeld was op één jaar tijd. In Canada halveerde het aantal poliogevallen tussen 1954 en 1955, hoewel er nog nauwelijks gevaccineerd werd.


Tijdens de daaropvolgende jaren kwam de vaccinatiecampagne volop op gang, maar toch verzevenvoudigde het aantal gevallen tussen 1958 en 1959 en vervijfvoudigde het aantal dodelijke slachtoffers. Ook in Frankrijk werd een soortgelijke evolutie vastgesteld.


Over het algemeen vond men in de tropische gebieden tegen 1966 een stijging van polio tot 300%.


Bij een opflakkering van polio in Blackburn, Engeland, 1965, bleken niet-gevaccineerden in verhouding 21% minder aangetast dan gevaccineerden.


In Frankrijk werd vaccinatie ingevoerd in 1956; het jaar daarop was het aantal gevallen van polio gestegen van 1.150 naar 4.109. Ook na de grote vaccinatiecampagne van 1958 stijgt het aantal van 1.631 naar 2.559. Het duurde tot 1962 voor dit cijfer terug gedaald was tot het niveau van 1956.

Wil je meer weten over polio? Bekijk dan zeker deze presentatie:

Download ons Poliodossier of bestel dit dossier als magazine
Ga naar: Dossier Polio

Lees de meer uitgebreide versie over polio met een meer wetenschappelijke achtergrond: klik hier.

Video deel 1 (2m13s), Nederlands ondertiteld

Video deel 2 (5m11s)

Nederlands ondertiteld.

Preventie Vaccinatieschade biedt ook ondersteuning voor het verzet tegen de polio-verplichte inenting.

Meer info

Indigo Pixie heeft een artikel over 'de Polio historie' geschreven. Dit artikel is de moeite waard om eens te lezen.

Recente analyse van polio in de wereld: download pdf.

>> VEILIGHEID


  1. Individueel is polio een der minder gevaarlijke vaccins, hoewel lang niet vrij van risico.
    Best bekend zijn de verlammingen. Deze kunnen van voorbijgaande aard zijn, of blijvend.
    Stuipen kunnen voorkomen, evenals hersenbeschadiging. De ernstige vorm hiervan komt vooral voor bij kinderen onder de leeftijd van drie jaar.
    Het vaccin draagt het risico ook andere virussen over te dragen, met een mogelijk verband met kwaadaardige gezwellen.
    Andere nevenwerkingen die ooit vermeld worden zijn spieraantasting, zenuwontsteking, moeheid, M.S., zona, psoriasis, aandoeningen van luchtwegen of spijsverteringsstelsel.

  2. Op collectief vlak blijkt het oraal poliovaccin in staat epidemies te veroorzaken.
    Op het eiland Madeira was polio vroeger nagenoeg onbekend. Vanaf 1964 voerde men het Salkvaccin in, en vanaf 1966 het Sabinvaccin. Tienduizenden kinderen werden ingeënt. In 1972 kent men een eerste epidemie, met 81 gevallen en 12 doden, waarvan vier gevaccineerd met Sabin.

    In Rio de Janeiro waren er vroeger ongeveer 80 gevallen van polio per jaar. Meestal vond men de lichte vorm van polio, die te vergelijken is met een verkoudheid, een griep of een angina. Vanaf 1956 begon men te vaccineren. In 1965 was het aantal gevallen gestegen tot meer dan 700 per jaar, waarvan vele met verlammingen. Midden de jaren 70 steeg dit cijfer tot 1.200 per jaar.


Het Sabin-vaccin (niet meer in gebruik) had twee grote nadelen:

  1. Ten eerste verspreiden gevaccineerden het virus bij de personen met wie ze in contact komen. Op deze manier worden ook mensen besmet die geen weerstand hebben tegen de ziekte, of algemeen een verminderd afweervermogen hebben. Ze lopen een groot risico daardoor een polio-infectie met verlamming op te lopen.
  2. Ten tweede bevat dit vaccin levende virussen, die na inenting terug virulent (ziekmakend) kunnen worden, of zich onder mekaar of met andere virussen kunnen vermengen tot nieuwe vormen, waarvan de onschuld geenszins vaststaat.

BESLUIT


Polio of kinderverlamming komt in ons land niet meer voor. Slechts in één percent der gevallen leidt de ziekte ook tot verlammingen, die soms een blijvende handicap kunnen veroorzaken. Het vaccin ertegen geeft zelden nevenwerkingen, hoewel die zeer ernstig kunnen zijn. Over de efficiëntie ervan bestaat nog steeds enige discussie.


Als besluit vinden we dat:

    1. Iedereen vrij moet kunnen kiezen over al dan niet vaccineren;
    2. Vaccinatie met Salk te rechtvaardigen is, maar niet voor de leeftijd van drie jaar. Na deze leeftijd is het risico op zware hersenletsels immers veel geringer. Logischer zou zijn enkel personen te vaccineren die een reis plannen naar één der zeldzame besmette gebieden.


In België echter is de inenting tot nog toe wettelijk verplicht vóór de leeftijd van 18 maanden. In de meeste ons omringende landen is poliovaccinatie niet verplicht.


Wil je meer weten over polio? Bekijk dan zeker deze presentatie:

Lees de uitgebreide versie over polio met een meer wetenschappelijke achtergrond: klik hier.

Preventie Vaccinatieschade biedt ook ondersteuning voor het verzet tegen de polio-verplichte inenting.

Meer info

Indigo Pixie heeft een artikel over 'de Polio historie' geschreven. Dit artikel is de moeite waard om eens te lezen.

Bekijk gegevens
- +
Uitverkocht